Koninklijke onderscheidingen 2007


Koninklijke onderscheidingen 2007

Mevrouw prof.dr. D.S. Postma
Dirkje Postma (Opsterland, 1951) behoort tot de wereldtop van onderzoekers op het gebied van astma en COPD (Chronic Obstructive Pulmonary Disease, waaronder chronische bronchitis en emfyseem vallen). Haar op genetisch onderzoek gebaseerde beschrijving van astma wordt gezien als een belangrijke medische doorbraak. Postma geniet groot nationaal en internationaal aanzien en ontving vele prijzen, waaronder de Aletta Jacobsprijs in 1995 en de belangrijkste Nederlandse onderzoeksprijs, de Spinozapremie van NWO, in 2000. In maart 2007 werd zij benoemd tot Akademiehoogleraar door de Koninklijke Nederlandse Akademie voor Wetenschappen. Postma werd in 1993 vanwege het Nederlands Astma Fonds benoemd tot bijzonder hoogleraar in de Pathofysiologie van de ademhaling. In 1998 volgde een aanstelling tot gewoon hoogleraar. Sinds 1980 is Postma wetenschappelijk uiterst actief op het gebied van de obstructieve longziekten, astma en COPD. Over dit onderwerp schreef zij in 1984 een uitzonderlijk proefschrift, dat ook nu nog veelvuldig wordt aangehaald. Postma heeft over de afgelopen twintig jaar meer dan 400 ‘peer-reviewed’ wetenschappelijke artikelen gepubliceerd. Ook schreef zij boeken en leverde zij vele bijdragen aan andere publicaties. Zij organiseerde circa tien grote internationale symposia, waarbij zij in de meeste gevallen ook zelf als voorzitter optrad.
Postma leidde een groot aantal mensen op voor het onderzoek naar de oorzaken en de behandeling van de chronische luchtwegaandoeningen astma en COPD. Zij begeleidde reeds 48 promovendi bij het behalen van het doctoraat en begeleidt op dit moment 22 promovendi.Daarbij is zij steeds werkzaam gebleven als behandelend longarts. Zij wil daarmee het perspectief vasthouden waar zij het wetenschappelijke werk voor doet: om patiënten nu en in de toekomst een betere behandeling te kunnen geven. Zij is zeer geliefd bij haar patiënten. Postma wordt benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

Mevrouw prof. dr. A.M. (Anne Marie) Kuijpers-Jagtman, hoogleraar Orthodontie, (Malden) Officier in de Orde van Oranje Nassau
Prof. A.M. Kuijpers-Jagtman wordt onderscheiden vanwege haar verdiensten op het gebied van de Orthodontie. Sinds 1985 staat de hoogleraar aan het hoofd van de afdeling Orthodontie van het UMC St Radboud, die zich onder haar leiding heeft ontwikkeld tot een van de meest toonaangevende centra binnen en buiten Europa. Prof. Kuijpers heeft een aantal eminente onderzoekers weten aan te trekken op het gebied van de orthodontische tandverplaatsing. Naast haar werk als hoogleraar Orthodontie, heeft zij een particuliere orthodontiepraktijk voor een dag in de week.
Prof. Kuijpers-Jagtman doet onderzoek naar de groei en ontwikkeling van het aangezicht, de gebitselementen en het omgevende kaakbot en tandvlees en bij de biologische basis van de orthodontie. Een onderdeel van dit onderzoek, de wondgenezing in de mond, sluit aan bij de behandeling van kinderen met lip- en/of kaakspleet (schisis). Deze behandeling wordt uitgevoerd door het Schisisteam, een multidisciplinair team, waarin naast onder andere Plastische Chirurgie ook de afdeling Orthodontie en Orale Biologie deelneemt. Sinds 1980 is prof. Kuijpers-Jagtman hoofd van het Schisiscentrum van het UMC St Radboud, dat onder haar leiding het grootste centrum in Nederland werd.
Ze is voorts initiator van EUROCRAN (European Collaboration on Craniofacial Anomalies) Distraction studie, een Europees samenwerkingsverband tussen veertien centra. Zij is verantwoordelijk voor meer dan tweehonderd publicaties. Prof. Kuijpers vervult een voorbeeldfunctie voor vrouwelijke tandheelkundestudenten die een eigen toekomst als orthodontist, onderzoeker of docent ambiëren. Nog maar mondjesmaat breken vrouwen door naar hogere (academische) functies.

Prof. dr. A.L.M. (Toine) Lagro-Janssen , hoogleraar Vrouwenstudies Medische Wetenschappen (Nijmegen) Officier in de Orde van Oranje Nassau
Prof. Lagro-Janssen wordt gedecoreerd vanwege haar verdiensten op het gebied van het aan de orde stellen van sekseverschillen in de diagnostiek en behandeling van patiënten. Ze is hoogleraar Vrouwenstudies Medische Wetenschappen, zowel bij het UMC St Radboud als bij de Faculteit der Sociale Wetenschappen van de Radboud Universiteit Nijmegen. Daarnaast heeft ze een huisartspraktijk in Nijmegen. Prof. Lagro-Janssen geldt als de pionier voor aandacht voor sekseverschillen in het medische curriculum. Vanaf 1991 heeft zij een leidende rol vervuld in de onderwijsvernieuwing, in Nijmegen, in Nederland en internationaal. Ze verricht baanbrekend werk door eigen onderzoek maar vooral ook door haar prominente positie in landelijke en internationale netwerken, in het bijzonder het netwerk van de World Organisation of Family Doctors WONCA.
Het onderzoek van prof. Lagro-Janssen spitst zich toe op man-vrouwverschillen in veelvoorkomende aandoeningen zoals incontinentie maar richt zich ook op thema’s als de communicatie tussen arts en patiënt. Ze is redacteur van het meermalen herdrukte boek Ziekten in de Huisartspraktijk en oprichter en hoofd van het Kenniscentrum Sekse & Diversiteit in het Medische Onderwijs. De betekenis van prof. Lagro-Janssen als rolmodel voor vrouwelijke studenten kan moeilijk worden onderschat. Ongeveer drie van de vier studenten geneeskunde is vrouw. Toch breken nog maar mondjesmaat vrouwen door in de hogere functies. Leidende academici als Prof. Lagro-Janssen hebben een belangrijke voorbeeldfunctie.