Vrouwelijke (eerste) auteurs sterk in minderheid
Nederlands Tijdschrift voor GeneeskundeWeek 33 2006, p.1852.
Vrouwelijke (eerste) auteurs sterk in minderheid
F.Kievits en M.T.Adriaanse
Ondanks de toename van het aantal vrouwelijke artsen in de afgelopen 40 jaar zijn vrouwen nog steeds sterk ondervertegenwoordigd als eerste auteur bij onderzoekspublicaties in vakliteratuur. Uit een publicatie in het New England Journal of Medicine (2006;355:281-7) blijkt dat in 6 medische tijdschriften het aantal vrouwelijke auteurs weliswaar is toegenomen, maar nog steeds ver beneden dat van hun mannelijke collega's ligt. Het percentage vrouwelijke eerste auteurs steeg van 6 in 1970 tot 29 in 2004; het percentage vrouwelijke seniorauteurs (laatstgenoemd) steeg van 4 tot 19.
De onderzochte tijdschriften waren het New England Journal of Medicine, het Journal of the American Medical Association, de Annals of Internal Medicine, de Annals of Surgery, Obstetrics and Gynecology en het Journal of Pediatrics. Van 5 jaargangen (1970, 1980, 1990, 2000 en 2004) werd van alle artikelen het geslacht van de eerste en laatste auteur bepaald, voorzover dat Amerikanen waren. De grootste stijging van het aantal vrouwelijke eerste en seniorauteurs werd gezien in Obstetrics and Gynecology (van respectievelijk 6,7 en 6,8% in 1970 naar 40,7 en 28,0% in 2004), en in het Journal of Pediatrics (van respectievelijk 15,0 en 4,3% in 1970 naar 38,9 en 38,0% in 2004). De minste stijging werd gemaakt in de Annals of Surgery. Van de ‘guest editorials' stond in 2004 11,4% (NEJM) en 18,8% (JAMA) op naam van een vrouw.
De constatering dat veel publicaties in zogenoemde ‘leading journals' op naam van mannelijke auteurs staan, doet de vraag rijzen welk effect die bevinding op jonge ambitieuze vrouwelijke auteurs zou moeten hebben. ‘Publiceren is tenslotte een belangrijke maatstaf voor academische productiviteit. Onze onderzoeksuitkomst zou vrouwelijke onderzoekers moeten stimuleren hun achterstand in te halen', zo stellen de (vrouwelijke) auteurs in de NEJM. Maar de zaak blijkt gecompliceerder te liggen. In een commentaar op de studie (NEJM 2006;355:310-2) stellen 4 vrouwelijke artsen dat het aandeel vrouwen alleen zal stijgen als meer vrouwen een seniorpositie op medische faculteiten zullen bezetten. ‘Iedere vrouwelijke auteur ondervindt de uitdaging om het stichten van een gezin te combineren met een fulltimecarrière in de biomedische wetenschappen. Meer tijd besteden aan onderzoek betekent dikwijls minder tijd voor de familie. Dit lijkt voor vrouwen moeilijker te liggen dan voor mannen.' De commentatoren pleiten derhalve voor meer flexibiliteit, betere financiële ondersteuning en verandering van de huidige mannencultuur binnen de (academische) onderzoekswereld.