12 Dec 2017
LNVH presenteert Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2017
Bekijk de monitor hier.LNVH MONITOR VROUWELIJKE HOOGLERAREN 2017: HOOGSTE GROEIPERCENTAGE IN TIEN JAAR, ECHTER NOG ALTIJD MAAR 1 OP 6 HOOGLERAREN VROUW.
Pieter Duisenberg, voorzitter Vereniging van Universiteiten, in reactie: "Goed te zien dat er stappen worden gezet. Deze lijn moeten we nu verder doorzetten want voor de wetenschap is het belangrijk om elk talent te benutten en midden in de maatschappij te staan. Dan is het logisch en zelfs noodzakelijk dat meer vrouwen de stap maken naar het hoogleraarschap. Voor universiteiten is dit een taak die verder strekt dan het Westerdijkjaar.”
Hoogste groeipercentage vrouwelijke hoogleraren in tien jaar
In Nederland is 19,3% van de hoogleraren vrouw, zo blijkt uit de Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2017 die op 12 december door het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren wordt gepresenteerd. Dat is een toename van 1,2% ten opzichte van vorig jaar. Hoewel 1,2% ogenschijnlijk geen reden geeft tot juichen, is het wel, met uitzondering van het jaar 2010-2011, het hoogste groeipercentage in de afgelopen tien jaar.
Afname percentage vrouwen bij elke stap wetenschappelijke carrièreladder
Het percentage vrouwelijke afstudeerders ligt in Nederland nog altijd ruim boven de 50%. Vervolgens neemt het aandeel vrouwen in elke opeenvolgende functiecategorie drastisch af. Van de universitair docenten is in 2016 ongeveer 1 op de 3 vrouw, van de universitair hoofddocenten is dat ongeveer 1 op de 4 en van de hoogleraren is slechts ongeveer 1 op de 6 vrouw. Het zal nog tot 2051 duren voordat er een evenredige M/V-verdeling onder hoogleraren is ontstaan.
Daling percentage vrouwelijke promovendi
Voor het vijfde jaar op rij daalt het percentage vrouwelijke promovendi, dit terwijl er het afgelopen jaar een flinke groei te zien was van het totale aantal promovendi. Het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren roept universiteiten dan ook op niet alleen te focussen op het behalen van streefcijfers aangaande de vrouwen in de hoogste echelons van de wetenschap, maar ook oog te hebben voor en aandacht te besteden aan de nieuwe generatie vrouwelijke wetenschappers.
Glazen Plafond Index
De stappen tussen de verschillende wetenschappelijke functies zijn niet vanzelfsprekend en brengen belemmeringen met zich mee. Een manier om dit weer te geven is de Glazen Plafond Index. Het 'glazen plafond' blijft voor vrouwen volgens de Monitor 2017 met 1,5 het dikst bij de stap tussen universitair hoofddocent en hoogleraar. Ter vergelijking: de GPI voor mannen ligt voor die stap met 0,9 onder de neutrale 1.
Ontwikkelingen in bestuur en toezicht
In de Raden van Bestuur van de universiteiten wordt 28,2% van de posities door vrouwen bekleed. Daarmee daalt het percentage licht ten opzichte van vorig jaar. Kijken we naar de Raden van Toezicht dan komt het percentage vrouwen komt op 35,7%, een stijging van 2,7% ten opzichte van vorig jaar. Bij de UMC's steeg het percentage vrouwen in de Raden van Bestuur juist en daalde het percentage vrouwen in de Raden van Toezicht.
Kosten onbenut talent en verloren productiviteit
Het LNVH liet voor de Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2017 berekenen wat het verlies van het vrouwelijk wetenschappelijk talent de universiteiten jaarlijks kost. Prof. dr. Joop Schippers, hoogleraar Arbeidseconomie aan de Universiteit Utrecht en Wilma Henderikse, directeur bij VanDoorneHuiskes, bogen zich er in een theoretische exercitie over en stelden vast dat de uitstroom van vrouwen de universiteiten gemiddeld zo'n 68 miljoen euro per jaar kost aan productiviteitsverlies.
Tot slot – Westerdijkjaar en verder
2017 stond in het teken van 100 jaar vrouwelijke hoogleraren. We vierden dat Johanna Westerdijk 100 jaar geleden als eerste vrouw in Nederland tot hoogleraar werd benoemd. Er vonden allerlei feestelijkheden plaats, er werden additionele rondes ingelast voor meer vrouwelijke KNAW-leden en er werd 5 miljoen euro beschikbaar gesteld door toenmalig minister Bussemaker voor het benoemen van 100 extra vrouwelijke hoogleraren in het zogenaamde 'Westerdijk Talentimpulsprogramma'.
Pieter Duisenberg, voorzitter Vereniging van Universiteiten (VSNU): “Vandaag kan ik het goede nieuws delen dat we zelfs meer dan 100 aanvragen hebben in het kader van het Westerdijkprogramma. Dit komt bovenop het vandaag gepresenteerde groeicijfer."
Of deze extra aandacht zich ook vertaalt in een versnelde stijging van de percentages zien we in komende Monitors. In de tussentijd is het van belang dat het onderwerp van optimale talentbenutting en gelijke kansen in de academie structureel en duurzaam aandacht blijft krijgen. Aandacht waarbij de nadruk niet alleen dient komen te liggen op het behalen van streefcijfers, maar vooral ook gefocust moet worden op het bereiken van een inclusieve cultuur. Het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren zal daar de komende tijd op blijven inzetten.